Heemraad waterschap De Haar.

Reinier van Valkenhoef is heemraad (= bestuurslid) geweest van het waterschap De Haar van 1 juni 1899 tot 1 januari 1929, toen dat waterschap werd opgeheven en opgenomen in het waterschap Beoosten de Eem.

Om tot heemraad gekozen te kunnen worden en om te kunnen stemmen, was het vereist tenminste 1 ha grond binnen het waterschap in eigendom te hebben.

Reinier van Valkenhoef was sedert 27 maart 1895 eigenaar van de percelen weiland Hoogland H 256 (0.90.20 ha), H 257 (0.87.40 ha) en H 269 (1.42.40 ha), gelegen aan de noordzijde van de Looidijk (= thans Oude Lodijk) in de polder de Haar, waarmee hij in de Vergadering van ingelanden van het waterschap De Haar 3 stemmen kon uitbrengen. Hij had deze percelen t.o.v. notaris C.A. v. Blaricum te Amersfoort gekocht van zijn bij hem inwonende tante Hendrika van Eijden (voorheen wonende op de boerderij De Hilhorst aan de Koedijk te Amersfoort), die deze percelen als enige en algehele erfgename had verkregen van haar ongehuwde op 26 augustus 1894 in Hoogland overleden broer Gijs of Gijsbert van Eijden. Reinier heeft toen ook perceel Hoogland A 415 (0.29.50 ha), een uiterdijkje in de ten zuiden van de Looidijk (= thans Oude Lodijk) gelegen polder (Neer)zeldert en in gebruik als weiland, van de ongehuwde Hendrika van Eijden gekocht. De koopsom voor deze 4 percelen van in totaal 3.49.50 ha was f2.600,00. Gijs van Eijden op zijn beurt had deze percelen op 19 oktober 1888 op een veiling t.o.v. notaris mr. J.M. Richelle te Amersfoort gekocht van Adrianus Kamerbeek. Op de kaart van de polders der Eemlandtsche Leege Landen uit 1666 is het perceel H 256 bekend als perceel 320 in de polder De Haar, H 257 als 321 en H 269 + A 415 als 330. De percelen H 256 en H 257 zijn van 1763 tot 1836 in bezit geweest van Hendrik Albertse Brinkenstein respectievelijk van Reijertje Jans Krol (Klapmuts), de overgrootouders van Reinier van Valkenhoef.

Reinier van Valkenhoef is in de Vergadering van ingelanden van 2 mei 1899 gekozen tot heemraad als opvolger van de niet meer herkiesbare A. van Weerhorst Tijdens de stemming werden 7 stembriefjes ingeleverd met in totaal 32 stemmen. Daarvan werden 26 stemmen uitgebracht op Reinier van Valkenhoef en 6 op Ivan den Hengel. Nog tijdens diezelfde vergadering heeft Reinier Van Valkenhoef de eed afgelegd en werd hij geïnstalleerd “onder gelukwenschingen van alle aanwezigen”. De Vergadering van ingelanden werd gehouden in het café van C. Schimmel op den Ham in Hoogland. Dit café is het voormalige Rechthuis van Hoogland en Emiclaer en Raadhuis van Hoogland; momenteel is daar Eetcafé De Noot (Hamseweg 31) gevestigd.

Bij de periodieke herverkiezing van G. ter Plaat en R.R. van Valkenhoef in de Vergadering van Stemgerechtigde ingelanden op 19 mei 1914 hebben bunschoter ingelanden een voorkeursactie gevoerd om te bereiken dat in het bestuur van het waterschap De Haar ook heemraden uit Bunschoten zitting zouden krijgen. Bij de stemming werden 77 stemmen uitgebracht, waarvan 55 stemmen op A. Heuveling, 54 stemmen op G. ter Beek, 22 stemmen op G. ter Plaat, 19 stemmen op R.R. van Valkenhoef, 1 stem op K. van Amerongen en 3 stemmen op T. Voskuilen. Waarschijnlijk heeft Reinier van Valkenhoef met zijn 3 stemmen niet op zichzelf gestemd, maar op T. Voskuilen. Tegen deze uitslag heeft Reinier van Valkenhoef (hij noemt zich zelf dan oud-lid van het bestuur) op 30 mei 1914 bezwaar gemaakt op grond van het feit, dat bij de verkiezing van twee heemraden voor iedere vacature niet afzonderlijk is gestemd, zoals artikel 59 van het Algemeen reglement voor de waterschappen in de provincie Utrecht voorschrijft, maar over beide tegelijk op een stembriefje. Het bestuur van het waterschap De Haar besluit in zijn vergadering van 15 juni 1914 de nieuw gekozen heemraden G. ter Beek en A. Heuveling, beiden uit Bunschoten, niet toe te laten als bestuursleden op grond van het bezwaar van R.R. van Valkenhoef. Voor G. ter Beek gold daarbij ook nog, dat hij geen grond in eigendom of in gebruik had in het waterschap De Haar. Tijdens de Vergadering van Stemgerechtigde ingelanden van 27 oktober 1914 worden G. ter Plaat en R.R. van Valkenhoef met algemene stemmen herkozen tot heemraad.

Bij het periodieke aftreden 5 jaar later van P .Hilhorst (die per 1 juni 1915 tot heemraad was gekozen in plaats van de op 27 december 1914 overleden Gerrit ter Plaat) en R.R. van Valkenhoef kwamen de Bunschoter ingelanden weer in actie. De ingelanden uit Hoogland waren er toen op voorbereid. Tijdens de Vergadering van Stemgerechtigde ingelanden op 20 mei 1919 in het café van G.J. Schimmel op Den Ham werden in de vacature Hilhorst 97 stemmen uitgebracht op P. Hilhorst, 53 stemmen op Wouterus Heuveling en 10 blanco stemmen. In de vacature van Valkenhoef werden 101 stemmen uitgebracht op R.R. van Valkenhoef, 29 Heuveling, 16 stemmen op E. Veldhuizen en 14 blanco stemmen.

Nadat de uitslag van de stemming was vastgesteld, waarbij P. Hilhorst en R.R. van Valkenhoef opnieuw tot heemraad waren gekozen, merkte K. Huijgen uit Bunschoten op, dat de ingelanden uit Bunschoten ook recht hebben op vertegenwoordiging in het bestuur van het waterschap.Het Bestuur “en ook de andere niet Bunschoter ingelanden” zijn er voorstander van om bij een volgende vacature een ingeland uit Bunschoten te kiezen tot heemraad.

Een jaar later werd Wouterus Heuveling per 1 juni 1920 tot heemraad gekozen in de vacature P. Hilhorst.